2. Doodziek van ethiek
Sommige vrouwen wijten al hun ellende aan hun man. Eventueel meervoud, als ze er een binnen de garantieperiode hebben geruild.
Tweede man Fokke bijvoorbeeld drukte een domper op Chris' leven. Hij rationaliseerde waar zij op haar gevoel af ging. Dat laatste is - als je tenminste moeder bent - een onfeilbare raadgever. Rationaliseren was daarentegen niets. Hinderlijk aan de rationele Fokke vond Chris diens irritante opvattingen over moraal. Hij had starre ideeën over goed en kwaad. Chris was flexibeler. Zoals zij het zelf verwoordde: "Fokke kan niet echt leven!"... Wat “echt leven” inhield, demonstreerde ze met: "Kijk hier eens wat er nu weer van de vrachtwagen is gevallen". En dan kwam ze op de proppen met een gloednieuwe magnetron of een tv-toestel. Aangezien de conciërge op de school waar zij les gaf tevens heler en drugdealer was, was een constante aanvoer van dergelijke luxe gebruiksartikelen gegarandeerd.
Chris begon Fokkes afkeurende blikken deprimerend te vinden. Haar buigzame opvattingen over goed en kwaad werden gehekeld door haar weinig plooibare echtgenoot, die zijn opvattingen onverbloemd kenbaar maakt. “Een kwestie van ethiek”, zei hij dan. Om met Chris, die kon rijmen als de beste, te spreken: "Ik word doodzíek van je ethiek". Gelukkig dook daar een aantrekkelijke, sportieve collega van school op. Hij bood alles wat ze bij Fokke moest ontberen. Chris' moeder, helemaal verrukt over Chris' nieuwste aanbidder, sprak nog zalvend: "Chris kan nu eindelijk echt gelukkig worden!" Dit alles speelde zich trouwens heel wat jaartjes geleden af, toen Chris met de baby onder de arm achter die collega, een zekere Herman, aan huppelde. Het stond ook inmiddels voor haar vast, dat Fokke een evenwichtige ontwikkeling van baby Debbie in de weg stond. Gelukkig maar, dat het kind vanaf het moment dat haar moeder de kuierlatten nam, opgroeide in een liefderijke en stabiele omgeving.
Een domper op de feestvreugde was weliswaar de rechterlijke uitspraak, dat het wurm om de veertien dagen bij haar biologische vader moest vertoeven. Dat was een cultuurschok, want Fokke rationaliseerde sterk, daar waar Chris op haar onfeilbaar gevoel afging. Chris gaf daarom knarsetandend en tegenstribbelend gevolg aan de dwingende uitspraak. Haar moederinstinct vertelde haar, dat het zo natuurlijk mis moest gaan met het wurm. Die weekendjes bij haar vader beschreef ze, zonder een moment te twijfelen, als schadelijk voor Debbie. In welke mate was niet geheel duidelijk, maar Chris bracht dat eenvoudig onder woorden met: "Als Debbie weer thuis komt, sta ik gelukkig klaar om samen met Herman het kind op te vangen. Samen repareren we dan wat jij in dat weekend hebt verknipt”.
Vierentwintig jaar later, jawel... we maken een flinke sprong, bereikte Fokke het bericht van het overlijden van zijn ex-vrouw. Hij stond niet op de gastenlijst voor haar begrafenis, maar op bizarre wijze raakte Fokke toch op de hoogte. Bizar hoort nu eenmaal bij het leven van Fokke. Naar bleek, stierf Chris op 52-jarige leeftijd; vast het uiteindelijk gevolg van "dat ze doodziek van Fokke's ethiek werd". Fokke nam dat gemakshalve aan, omdat hem in het laatste kwarteeuw indringend duidelijk was gemaakt, dat hij de overdrachtelijke nagel aan Chris’ doodskist was.
Navrant genoeg werd het heengaan van zijn betreurde, voormalige echtgenote, niet normaal aan hem geopenbaard. Het pensioenfonds ABP, wettelijk verplicht om de ex-partner van een verzekerde op de hoogte te stellen als de verzekerde overlijdt, bracht de doodstijding. Een luttel bedrag aan eenmalige pensioenuitkering werd hem tot zijn verrassing overgemaakt. Hij heeft er, na jaren op een rammelend wrak te hebben gereden, een fiets van gekocht.
Volgens het overlijdensbericht, dat hij na een korte zoektocht op het Internet op een Amerikaanse site vond, had zijn teerbeminde in de USA "eindelijk de ware liefde gevonden". Was die zinsnede een morbide woordspeling, omdat de laatste persoon die zij trof Magere Hein was? Of een “slip of the pen”? Het bericht was opgesteld door ene Thomas, klaarblijkelijk de kersverse weduwnaar. Dat was extra verwarrend, want in Fokke's herinnering had Chris immers het geluk allang gevonden bij soepele Herman? Hoe dan ook, het was nog net te tellen op de vingers van twee handen, maar een rekensommetje leerde dat Thomas zeven mannen verder voorbij Herman was. Herman droeg, zeg maar, rugnummer drie en Fokke had nummer twee! Dat kwam omdat er ook nog ene Hendrik voor de stoet uit liep.
Wat dreef een vrouw met een zelfbenoemd, onmetelijk diep psychologisch inzicht er toe om zo’n fikse rij mannen af te werken? Het standaard antwoord is natuurlijk dat het foute mannen waren, de een na de ander. Man één was een onbetrouwbaar sujet, man twee was een gestoorde zombie en man drie, nou ja, die bleek niet van kinderen te kunnen afblijven. Dat laatste was best onhandig, dus vandaar op naar nummer vier en verder. Hekkensluiter Thomas mocht pronken met rugnummer tien en was dus Mr. Right!
Doodziek van ethiek… Chris had het - ondanks haar ziekteperikelen bij Fokke - daarna best nog lang uitgehouden. Ze blaakte zelfs van energie, afgaand op het fenomeen van kettingtrouwen. De ethische opvattingen van de onbuigzame Fokke mochten dan wel Chris’ gezondheid hebben geschaad, de vraag lijkt gerechtvaardigd wat bijvoorbeeld zo'n lekker pakje zware shag per dag heeft gedaan. Maar dat is nou weer rationaliseren…
Hoe is het trouwens met gekke Fokke? Men ziet hem ‘s avonds wel eens ontspannen fietsen met zo’n reflecterend geel vest met rugnummer twee erop…